Uitnodiging
Mag ik hiermee Uw aandacht vragen voor
het dagelijks lezen van het Evangelie?
Deze uitnodiging wil U deelgenoot maken aan de vreugde
van het evangelie. Iedereen, niemand uitgezonderd,
kan die vreugde ervaren door zijn hart open te stellen
voor de genezende werking van Gods woord.
Elke morgen vanaf 7 uur ter beschikking
Overweging
Nog meer dan gisteren wordt hier duidelijk waarover het gaat. De krampachtige verwachting van een spoedige wederkomst van de Heer brengt mee dat sommigen het niet meer de moeite vinden om nog te werken en alle arbeid schuwen. Dit is zeker niet volgens het voorbeeld dat Paulus zelf gegeven heeft en dat we ook uit de andere brieven kennen.
EERSTE LEZING II Tess. 3, 6-10. 16-18
Als iemand niet wil werken, zal hij ook niet eten.
Uit de tweede brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Tessalonica
Broeders en zusters,
Wij bevelen u in de naam van de Heer Jezus Christus,
iedere broeder te mijden die arbeid schuwt
en niet leeft volgens de overlevering
die gij van ons hebt ontvangen.
Hoe gij ons moet navolgen is u bekend ;
wij hebben bij u geen werk geschuwd
en niemands brood om niet gegeten.
Dag en nacht hebben wij gearbeid,
met veel inspanning en moeite
om niemand van u tot last te zijn.
Niet dat wij er geen recht toe hebben
maar wij wilden een voorbeeld geven ter navolging.
Ook toen we bij u waren, hielden wij u telkens deze regel voor :
als iemand niet wil werken zal hij ook niet eten.
De Heer van de vrede,
Hij geve u vrede, altijd en op allerlei wijzen.
De Heer zij met u allen.
Deze groet schrijf ik, Paulus, met eigen hand.
Dit is een waarmerk in elke brief.
Zo is mijn handschrift.
De genade van de Heer Jezus Christus zij met u allen.
TUSSENZANG Ps. 128(127), 1-2, 4-5
Gelukkig die godvrezend zijt.
Gelukkig die godvrezend zijt,
de weg des Heren gaat.
Ge zult de vrucht van eigen arbeid eten,
tevreden en voorspoedig zult ge zijn.
Ja, zo wordt elke man gezegend
die eer geeft aan de Heer.
U zegene de Heer uit Sion ;
moogt gij Jeruzalem welvarend zien
zolang uw dagen duren.
ALLELUIA Mt. 11, 25
Alleluia.
Ik prijs U, Vader, Heer van hemel en aarde,
omdat Gij deze dingen
hebt geopenbaard aan kinderen.
Alleluia.
EVANGELIE Mt. 23, 27-32
Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën
zonen van profetenmoordenaars.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs
In die tijd sprak Jezus :
“Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars !
“Gij lijkt op gekalkte graven die er van buiten wel mooi uitzien,
maar van binnen vol zijn met doodsbeenderen
en allerhande onreinheid.
“Zo ziet ook gij van buiten er voor de mensen wel uit als heiligen
maar van binnen zijt gij vol huichelarij en ongerechtigheid.
Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars !
“Gij bouwt de graven van profeten
en versiert de grafmonumenten van heiligen
en gij zegt :
Als wij geleefd hadden in de tijd van onze vaderen,
zouden wij niet medeplichtig geweest zijn
aan de moord op de profeten !
“Gij getuigt dus tegen uzelf
dat gij zonen zijt van profetenmoordenaars.
“Nu dan,
maakt gij de maat van uw vaderen maar vol !”
De bijbeltekst in deze uitgave is ontleend aan De Nieuwe Bijbelvertaling, ©Nederlands Bijbelgenootschap 2004/2007.
Overwegingen uit Liturgische suggesties voor de weekdagen
Laudato Si Officiële Nederlandse vertaling
Laudato Si
Encycliek van
PAUS FRANCISCUS
Over de zorg voor het gemeenschappelijk huis
151. Het is noodzakelijk te zorgen voor de openbare ruimten, want zij versterken ons gevoel van verbondenheid, een beleving van verworteling, een “zich thuis voelen” binnen de stad die ons omvat en verenigt. Het is belangrijk dat de verschillende delen van een stad goed geïntegreerd zijn en dat de bewoners een algemeen overzicht kunnen hebben in plaats van zich op te sluiten in een wijk en zo ervan afzien de hele stad te beleven als een eigen ruimte die met anderen wordt gedeeld. Iedere ingreep in het stedelijke of landelijke landschap zou er rekening mee moeten houden hoe de verschillende elementen van de plaats één geheel vormen dat door de bewoners wordt ervaren als een kader dat coherent is met de rijkdom aan betekenissen ervan. Zo houdt de ander op een vreemdeling te zijn en kan men hem zien als een deel van een “ons” dat wij samen vormen. Om deze reden is het zowel in de stedelijke als de landelijke omgeving opportuun enkele ruimtes te reserveren waar menselijke ingrepen, die deze voortdurend veranderen, worden vermeden.
Wordt vervolgd Voor alle voorgaande publicaties scroll omlaag