Inleiding
Gevolg gevend aan de Apostolische exhortatie Evangelii Gaudium van Paus Franciscus, wil deze inleiding U deelgenoot maken aan de vreugde van het evangelie. Iedereen, niemand uitgezonderd, kan die vreugde ervaren door zijn hart open te stellen voor de genezende werking van Gods woord.
Het evangelie is eerst en vooral een uitnodiging om een antwoord te geven aan God die ons liefheeft en redt, door Hem te erkennen in de ander en door uit onszelf te treden om het goede te zoeken voor allen. Het evangelie reikt die eenheid en volheid van het menselijk leven aan, die de beste remedie is tegen alle vormen van kwaad.
Langs deze elektronische weg wordt U uitgenodigd om dagelijks het evangelie te lezen en even na te denken over de betekenis voor uw leven. Het is vanaf 8 uur ‘s morgens steeds ter beschikking.
Overweging
We zullen net als Christus uit de dood worden opgewekt indien wij zijn wil doen en zijn geboden volgen en de zaken liefhebben die hij liefhad, terwijl we elk soort ongerechtigheid, hebzucht, geldzucht, kwaadsprekerij en het afleggen van een vals getuigenis mijden, en terwijl we geen kwaad met kwaad vergelden of smaad met smaad of klap voor klap of vervloeking voor vervloeking. (…) Laat ons daarom terugkeren naar het woord dat ons vanaf het begin is overgeleverd; laten we zelfbeheersing hebben met betrekking tot gebed en volharden in het vasten, en oprecht de allesziende God vragen ons niet in verzoeking te leiden. (Uit de brief van de heilige Polycarpus aan de christelijke gemeente van Filippi, 7,2)
EERSTE LEZING Lev. 19, 1-2. 11-18
Spreek rechtvaardig recht over uw volksgenoten.
Uit het Boek Leviticus
De Heer sprak tot Mozes :
“Zeg tot heel de gemeenschap van de Israëlieten :
Wees heilig, want Ik de Heer uw God, ben heilig.
“Gij moogt elkaar niet bestelen, niet beliegen en niet bedriegen.
“Ge moogt mijn naam niet gebruiken voor meineed,
want dan ontwijdt ge de naam van uw God.
“Ik ben de Heer.
“Gij moogt uw naaste niet uitbuiten en hem in niets te kort doen.
“Wat een dagloner verdient
moogt ge niet vasthouden tot de volgende morgen.
“Gij moogt een dove niet vervloeken
en tegen een blinde niets in de weg leggen,
waarover hij struikelen kan.
“Gij moet ontzag hebben voor uw God.
“Ik ben de Heer.
“Wees niet partijdig bij het rechtspreken :
begunstig de arme niet en zie de rijke niet naar de ogen.
“Spreek rechtvaardig recht over uw volksgenoten.
“Strooi geen lasterpraat rond over elkaar
en sta uw naaste niet naar het leven.
“Ik ben de Heer.
“Wees niet haatdragend tegen uw broeder.
“Wijs elkaar terecht :
dan maakt ge u niet schuldig aan de zonde van een ander.
“Neem geen wraak op een volksgenoot
en koester geen wrok tegen hem.
“Bemin uw naaste als uzelf.
“Ik ben de Heer.”
TUSSENZANG Ps. 19(18), 8, 9, 10, 15
Uw woorden, Heer, zijn geest en leven (Joh. 6, 64b).
De wet van de Heer is volkomen,
zij sterkt de onzekere geest.
Zijn voorschriften zijn betrouwbaar,
onwetenden maken zij wijs.
Rechtmatig zijn al zijn bevelen,
bevredigend voor het gemoed.
Laat al mijn spreken en denken
voor U aanvaardbaar zijn, Heer,
voor U, mijn rots en verlosser.
VERS VOOR HET EVANGELIE II Kor. 6, 2b
Nu is het de gunstige tijd,
vandaag is het de dag van het heil.
EVANGELIE Mt. 25, 31-46
Al wat gij gedaan hebt voor een dezer geringsten van mijn broeders hebt gij voor Mij gedaan.
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens
Matteüs
In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen :
“Wanneer de Mensenzoon komt in zijn heerlijkheid
en vergezeld van alle engelen,
dan zal Hij plats nemen op zijn troon van glorie.
“Alle volken zullen vóór Hem bijeengebracht worden
en Hij zal ze in twee groepen scheiden,
zoals de herder een scheiding maakt
tussen schapen en bokken.
“De schapen zal Hij plaatsen aan zijn rechterhand
maar de bokken aan zijn linker.
“Dan zal de Koning tot die aan zijn rechterhand zeggen :
Komt gezegenden van mijn Vader,
en ontvangt het Rijk
dat voor u gereed is vanaf de grondvesting der wereld.
“Want Ik had honger, en gij hebt Mij te eten gegeven,
Ik was vreemdeling, en gij hebt Mij opgenomen,
Ik was naakt, en gij hebt Mij gekleed,
Ik was ziek, en gij hebt Mij bezocht,
Ik was in de gevangenis, en gij hebt Mij bezocht.
“Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden en zeggen :
Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien
en U te eten gegeven,
of dorstig en U te drinken gegeven?
“En wanneer zagen wij U als vreemdeling
en hebben U opgenomen,
of naakt en hebben U gekleed?
“En wanneer zagen we U ziek of in de gevangenis
en zijn U komen bezoeken?
“De Koning zal hun ten antwoord geven :
Voorwaar, Ik zeg u:
al wat gij gedaan hebt
voor een dezer geringsten van mijn broeders
hebt gij voor Mij gedaan.
“En tot die aan zijn linkerhand zal Hij dan zeggen :
Gaat weg van Mij, vervloekten, in het eeuwig vuur
dat bereid is voor de duivel en zijn trawanten.
“Want Ik had honger, en gij hebt Mij niet te eten gegeven,
Ik had dorst, en gij hebt Mij niet te drinken gegeven ;
Ik was vreemdeling, en gij hebt Mij niet opgenomen,
naakt, en hebt Mij niet gekleed ;
Ik was ziek en in de gevangenis
en gij zijt Mij niet komen bezoeken.
“Dan zullen ook zij antwoorden en zeggen :
Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien, of dorstig
of als vreemdeling, of naakt
of ziek, of in de gevangenis,
en hebben wij niet voor U gezorgd?
“Daarop zal Hij hun antwoorden :
Voorwaar, Ik zeg U :
Al wat gij niet voor een van deze geringsten hebt gedaan
hebt gij ook voor Mij niet gedaan.
“En deze zullen heengaan naar de eeuwige straf,
maar de rechtvaardigen naar het eeuwig leven.”
De bijbeltekst in deze uitgave is ontleend aan De Nieuwe Bijbelvertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 2004/2007.
Overwegingen uit Liturgische suggesties voor de weekdagen.